van De commissie-Deetman heeft te weinig tijd uitgetrokken voor het onderzoek naar vrouwelijke slachtoffers van seksueel misbruik in de rooms-katholieke kerk.
Dat stellen Vrouwenplatform Kerkelijk Kindermisbruik (VPKK) en de stichting Koepel Landelijk Overleg Kerkelijk Kindermisbruik (KLOKK) maandag in Trouw. Beide belangenorganisaties denken dat nog lang niet alle slachtoffers zich gemeld hebben.
"Het tijdsbestek waarbinnen misbruikte vrouwen zich konden melden, was veel te kort. De commissie heeft dus lang niet alle slachtoffers kunnen meenemen in het onderzoek."
Dat zegt Maud Kips van VPKK in de krant op basis van de meldingen die nog steeds binnenkomen bij het platform. Kips zegt daarom geen hooggespannen verwachtingen van het rapport van Deetman te hebben.
Tweehonderd vrouwen
Ook KLOKK denkt niet dat er opzienbare feiten naar voren zullen komen. "We vermoeden dat hooguit tweehonderd vrouwen zich hebben gemeld", stelt Guido Klabbers van de stichting. "Wel hoop ik dat dankzij het onderzoek hotspots in kaart gebracht kunnen worden, zodat we erachter kunnen komen in welke congregaties het misbruik vooral voorkwam."
De commissie-Deetman presenteert maandagmiddag het onderzoek naar misbruikte vrouwen.
Verjaard
Drie gevallen van seksueel misbruik binnen de Rooms-Katholieke Kerk zijn toch gemeld aan het Openbaar Ministerie (OM). De gevallen zijn verjaard, maar omdat de gemelde mishandelingen zo ernstig waren, zijn ze toch aan het OM doorgegeven.
Uit het vervolgonderzoek zijn geen mogelijk strafbare feiten die niet zijn verjaard naar boven gekomen.
Onderzoek
Vrouwen en meisjes werden het vaakst thuis (40 procent) en in de parochie (30 procent) seksueel misbruikt. Fysiek geweld gebeurde vooral in instellingen zoals kindertehuizen en ziekenhuizen.
De meeste vrouwen waren tussen de 6 en 14 jaar oud toen het seksueel misbruik en/of geweld begon. Drie kwart van de melders is meerdere keren misbruikt. De meeste meldingen gingen over misbruik in de jaren '50 en '60 van de vorige eeuw.
Door: Novum
Dat stellen Vrouwenplatform Kerkelijk Kindermisbruik (VPKK) en de stichting Koepel Landelijk Overleg Kerkelijk Kindermisbruik (KLOKK) maandag in Trouw. Beide belangenorganisaties denken dat nog lang niet alle slachtoffers zich gemeld hebben.
"Het tijdsbestek waarbinnen misbruikte vrouwen zich konden melden, was veel te kort. De commissie heeft dus lang niet alle slachtoffers kunnen meenemen in het onderzoek."
Dat zegt Maud Kips van VPKK in de krant op basis van de meldingen die nog steeds binnenkomen bij het platform. Kips zegt daarom geen hooggespannen verwachtingen van het rapport van Deetman te hebben.
Tweehonderd vrouwen
Ook KLOKK denkt niet dat er opzienbare feiten naar voren zullen komen. "We vermoeden dat hooguit tweehonderd vrouwen zich hebben gemeld", stelt Guido Klabbers van de stichting. "Wel hoop ik dat dankzij het onderzoek hotspots in kaart gebracht kunnen worden, zodat we erachter kunnen komen in welke congregaties het misbruik vooral voorkwam."
De commissie-Deetman presenteert maandagmiddag het onderzoek naar misbruikte vrouwen.
Verjaard
Drie gevallen van seksueel misbruik binnen de Rooms-Katholieke Kerk zijn toch gemeld aan het Openbaar Ministerie (OM). De gevallen zijn verjaard, maar omdat de gemelde mishandelingen zo ernstig waren, zijn ze toch aan het OM doorgegeven.
Uit het vervolgonderzoek zijn geen mogelijk strafbare feiten die niet zijn verjaard naar boven gekomen.
Onderzoek
Vrouwen en meisjes werden het vaakst thuis (40 procent) en in de parochie (30 procent) seksueel misbruikt. Fysiek geweld gebeurde vooral in instellingen zoals kindertehuizen en ziekenhuizen.
De meeste vrouwen waren tussen de 6 en 14 jaar oud toen het seksueel misbruik en/of geweld begon. Drie kwart van de melders is meerdere keren misbruikt. De meeste meldingen gingen over misbruik in de jaren '50 en '60 van de vorige eeuw.
Door: Novum
