Tegenwoordig pendel ik aardig heen en weer tussen mijn huis en de volkstuin van mijn zoon. De volkstuin heeft het afgelopen jaar wat achterstallig onderhoud opgelopen, het lijkt wel een oerwoud. Gelukkig heb ik iemand die me helpt bij het snoeiwerk en hebben we al zeker 7 wijkcontainers volgegooid, het eind lijkt bijna in zicht. Dan hoop ik dat er een versnipperaar komt op de volkstuin zodat ook alle takken en stammetjes afgevoerd kunnen worden. Zo niet dan zal ik alles in stukken moeten zagen en de houtvoorraad flink aanvullen. In tegenstelling tot de volkstuin is mijn tuin hier kaal en leeg. De randen zijn beplant maar in het midden van mijn achtertuin hebben de vorige bewoners een groot gat gegraven waar zij een zwembad in hadden staan. Stukje voor stukje ben ik dat aan het spitten en ophogen, soms neem ik een plantje mee van de volkstuin en zet het over, daar moet ik wel voorzichtig mee zijn want de volkstuin staat ook vol met Haagwinde, prachtig al die witte bloemetjes overal tussen door maar ik wil het hier niet hebben. Dat is de grote tegenstelling van de tuin hier en de tuin daar. De overeenkomst is dat er zowel hier als daar het houtwerk geschilderd moet worden. Hier ben ik begonnen en heb spullen meegenomen om ook daar een stukje te doen. Zo wissel ik het af, hier een stukje, dan daar een stukje. Stapje voor stapje en als alles een keer klaar is kan ik vast weer overnieuw beginnen.
Het is lang geleden dat ik zo hard gewerkt heb.
Het is lang geleden dat ik zo hard gewerkt heb.