Kinderen die onder de beschermende vleugels van de overheid in tehuizen of pleeggezinnen verblijven, lopen dubbel zoveel kans op seksueel misbruik. Een schokkende uitkomst van de commissie-Samson. Taskforces, commissies, ministeries en jeugdzorg zijn via actie- en projectplannen al jaren aan de slag. Met onvoldoende resultaat. Hoe nu verder?
Column Mariëlle Dekker, hoofdredacteur Tijdschrift Kindermishandeling
Net als bij het misbruik in de katholieke kerk, blijkt ook in de jeugd- en pleegzorg hier de gelegenheid de dief te maken. Kinderen die met problematische voorgeschiedenissen en gedragsproblemen in een groep geplaatst worden, reageren dit op elkaar af met seksueel en agressief gedrag.
En sommige beroepskrachten, met hun eigen belaste verleden, maken op moeilijke momenten in hun privé-leven, misbruik van hun machtspositie en gaan over de schreef. En zo wordt de kans op misbruik in pleeggezinnen en jeugdzorginstelling groot, en blijkt de kans op ontdekking klein: professionals namen maar 2% waar van het misbruik waarover kinderen rapporteren.
Rechten van het Kind
Maar wie is er nu verantwoordelijk voor de veiligheid van kinderen in jeugdzorg- en pleegzorginstellingen? Kinderen die meestal al onveilig waren in het gezin waar ze vandaan komen? Volgens het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind is dit de rijksoverheid. En die krijgt er in het rapport van de commissie-Samson dan ook stevig van langs.
Vooral het ministerie van VWS heeft veel te vrijblijvend haar verantwoordelijkheden afgeschoven op instellingen, vindt de commissie. Vervolgens heeft het vooral papieren controles uitgevoerd na eventueel gemelde incidenten.
De overheid wil haar gebrek aan daadkracht verbeteren met het Vervolg Actieplan Aanpak Kindermishandeling (2011) en een daaraan gekoppelde Taskforce. Deze moet, onder voorzitterschap van burgemeester Van der Laan, de boel gaan aanjagen.
Herhaling van zetten
Wat mij betreft is dit een herhaling van zetten. We hebben immers net een Actieplan Aanpak Kindermishandeling achter de rug inclusief een aanjagende Stuurgroep Opstelten. Als belangrijkste resultaat hiervan wordt steeds genoemd dat het thema kindermishandeling op de kaart is komen te staan bij de gemeenten.
Ook de jeugdzorg reageert op het rapport met een verbeterplan. Ditmaal onder toeziend oog van voormalig minister Rouvoet. Wat mij betreft ook een herhaling van zetten. Het vorige verbeterplan van de sector, het Landelijk Actieplan Aanpak kindermishandeling (LAAK), heeft tot veel procedurele verbeteringen geleid.
Gespreksinstrumenten
Als belangrijkste resultaat wordt wel genoemd dat met LAAK het thema kindermishandeling op de kaart is komen te staan, ditmaal bij de jeugdzorgsector zélf. Maar de kinderen in instellingen merkten daar te weinig van. Die worden nog steeds verzorgd door groepsleiders en pleegzorgwerkers die niet hebben geleerd om te praten over seksueel misbruik, daar geen tijd voor hebben en die niet over gespreksinstrumenten en behandelmethodieken beschikken.
De toezichthouders, projectbureaus, aanjagers en deelverantwoordelijkheden buitelen over elkaar heen. In een versnipperde sector is er blijkbaar heel veel projectgeld nodig om een toch zo ernstig thema als kindermishandeling op de kaart te zetten.
Projectwebsites
En als het thema dan met aandachtfunctionarissen, startconferenties en mooie projectwebsites is geagendeerd, mag iedere instelling of gemeente er vrijblijvend op zijn eigen manier mee aan de slag. Daarbij focussen we ons op samenwerkingsprocedures en protocollen, want dat stuurt projectmatig gezien nu eenmaal lekker.
In al die projecten worden verbeteringen geschetst voor de zorg aan de mishandelde kinderen zelf. Maar wel steeds als langetermijndoel. En wanneer die lange-termijn bereikt is, is de aandacht vaak alweer verslapt.
Dan moet er weer een nieuw incident plaatsvinden, met als reactie een nieuw Nationaal Actieplan, een nieuwe Taskforce of een commissie-Samson om het thema weer te agenderen. Deze werkwijze kost veel geld. En een niet in geld uit te drukken hoeveelheid leed van duizenden kinderen.
‘Act small but fast’
Ooit heb ik geleerd dat grote maatschappelijke veranderingen tot stand komen onder het motto ‘Think big, act small but fast’. Gezien de gerenommeerde, en ook door mij gerespecteerde namen, in de commissies en taskforces, gaat het ‘big’ denken zeker lukken.
Mijn zorg zit in ‘small but fast’ handelen. ‘Small’ betekent is dit geval ook letterlijk klein. Daarom vraag ik u beste commissieleden en plannen-makers: let op de kleintjes! Zorg dat mishandelde kinderen nu eens de eersten zijn die iets merken van de verbeterplannen, en niet de laatsten.
Vertrouwensband opbouwen
Uit Veiligheidsbarometers en gesprekken met kinderen in jeugd- en pleegzorginstellingen blijkt dat ze meer en betere groepsleiding willen. Vooral ook ’s nachts… Laten we daarom ‘small’ handelen en normen opstellen voor het minimale aantal groepsleiders per groep kinderen. Daar merken de kinderen direct iets van. En regelen dat pleegzorgwerkers en gezinsvoogden nu eindelijk genoeg uren krijgen zodat ze wel een vertrouwensband met de kinderen kunnen opbouwen.
En dat we het voor elkaar krijgen dat de pleegouders en groepsleiders dan ook durven en kunnen praten over seksueel gedrag en in staat zijn signalen van misbruik op te pikken. Daar hebben professionals een permanente educatie op de werkplek voor nodig.
Beroepsopleidingen
Maar het moet natuurlijk al bij de beroepsopleidingen beginnen. Daar moeten pleegouders en groepsleiders leren om te praten over seksueel gedrag en hoe misbruik te signaleren. Een thema dat overigens al 17 jaar op de politieke agenda staat. Helaas blijken de beroepsopleidingen ook zo’n sector te zijn waar niemand iets over te zeggen heeft. En mag er dus tientallen jaren gestimuleerd worden zonder resultaat.
De commissie laat ook zien dat de helft van de plegers een minderjarige groepsgenoot is. Daar kijk ik niet van op. Een kind, vaak grenzeloos opgevoed in gezinnen waar geweld en misbruik de manieren zijn om met problemen om te gaan, grijpt al snel naar dezelfde oplossingsstrategie als thuis. Vooral als het in moeilijke situaties terecht komt in een instelling.
Diagnostiek en hulpverlening
Iedereen die een beetje bekend is met deze problematiek weet dat er goede diagnostiek en hulpverlening nodig is om dit soort patronen te doorbreken. 20 jaar geleden constateerde de politiek al dat ‘dit nog steeds niet in iedere regio op een samenhangende manier geregeld is’.
Anno 2012 besteedt het ministerie van VWS geld aan de onderzoeksvraag of een multidisciplinaire aanpak uitbreiding verdient. Dat terwijl het antwoord 20 jaar geleden al gegeven is en de bestaande werkpraktijk dringend om geld verlegen zit.
De Taskforce onder leiding van Van der Laan zal ruim een jaar na dato haar eerste projectplan presenteren en zal enkele tonnen per jaar besteden aan alleen al de coördinerende en communicerende tijdelijke medewerkers. Dit is in mijn ogen nog niet ‘small’, iets waar de kinderen direct van profiteren, en ook zeker niet ‘fast’ handelen.
Beste taskforce-, commissie- en projectbureaumedewerkers; laat nu eens zien dat wij in Nederland ook de Amerikaanse slogan ‘Think big, act small but fast’ waar kunnen maken. En begin bij ‘de kleintjes’. Zorg dat de kinderen in jeugd- en pleegzorginstellingen en de vroegere slachtoffers snel het verschil merken. Onze verwachtingen zijn hoog gespannen!
Column Mariëlle Dekker, hoofdredacteur Tijdschrift Kindermishandeling
Net als bij het misbruik in de katholieke kerk, blijkt ook in de jeugd- en pleegzorg hier de gelegenheid de dief te maken. Kinderen die met problematische voorgeschiedenissen en gedragsproblemen in een groep geplaatst worden, reageren dit op elkaar af met seksueel en agressief gedrag.
En sommige beroepskrachten, met hun eigen belaste verleden, maken op moeilijke momenten in hun privé-leven, misbruik van hun machtspositie en gaan over de schreef. En zo wordt de kans op misbruik in pleeggezinnen en jeugdzorginstelling groot, en blijkt de kans op ontdekking klein: professionals namen maar 2% waar van het misbruik waarover kinderen rapporteren.
Rechten van het Kind
Maar wie is er nu verantwoordelijk voor de veiligheid van kinderen in jeugdzorg- en pleegzorginstellingen? Kinderen die meestal al onveilig waren in het gezin waar ze vandaan komen? Volgens het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind is dit de rijksoverheid. En die krijgt er in het rapport van de commissie-Samson dan ook stevig van langs.
Vooral het ministerie van VWS heeft veel te vrijblijvend haar verantwoordelijkheden afgeschoven op instellingen, vindt de commissie. Vervolgens heeft het vooral papieren controles uitgevoerd na eventueel gemelde incidenten.
De overheid wil haar gebrek aan daadkracht verbeteren met het Vervolg Actieplan Aanpak Kindermishandeling (2011) en een daaraan gekoppelde Taskforce. Deze moet, onder voorzitterschap van burgemeester Van der Laan, de boel gaan aanjagen.
Herhaling van zetten
Wat mij betreft is dit een herhaling van zetten. We hebben immers net een Actieplan Aanpak Kindermishandeling achter de rug inclusief een aanjagende Stuurgroep Opstelten. Als belangrijkste resultaat hiervan wordt steeds genoemd dat het thema kindermishandeling op de kaart is komen te staan bij de gemeenten.
Ook de jeugdzorg reageert op het rapport met een verbeterplan. Ditmaal onder toeziend oog van voormalig minister Rouvoet. Wat mij betreft ook een herhaling van zetten. Het vorige verbeterplan van de sector, het Landelijk Actieplan Aanpak kindermishandeling (LAAK), heeft tot veel procedurele verbeteringen geleid.
Gespreksinstrumenten
Als belangrijkste resultaat wordt wel genoemd dat met LAAK het thema kindermishandeling op de kaart is komen te staan, ditmaal bij de jeugdzorgsector zélf. Maar de kinderen in instellingen merkten daar te weinig van. Die worden nog steeds verzorgd door groepsleiders en pleegzorgwerkers die niet hebben geleerd om te praten over seksueel misbruik, daar geen tijd voor hebben en die niet over gespreksinstrumenten en behandelmethodieken beschikken.
De toezichthouders, projectbureaus, aanjagers en deelverantwoordelijkheden buitelen over elkaar heen. In een versnipperde sector is er blijkbaar heel veel projectgeld nodig om een toch zo ernstig thema als kindermishandeling op de kaart te zetten.
Projectwebsites
En als het thema dan met aandachtfunctionarissen, startconferenties en mooie projectwebsites is geagendeerd, mag iedere instelling of gemeente er vrijblijvend op zijn eigen manier mee aan de slag. Daarbij focussen we ons op samenwerkingsprocedures en protocollen, want dat stuurt projectmatig gezien nu eenmaal lekker.
In al die projecten worden verbeteringen geschetst voor de zorg aan de mishandelde kinderen zelf. Maar wel steeds als langetermijndoel. En wanneer die lange-termijn bereikt is, is de aandacht vaak alweer verslapt.
Dan moet er weer een nieuw incident plaatsvinden, met als reactie een nieuw Nationaal Actieplan, een nieuwe Taskforce of een commissie-Samson om het thema weer te agenderen. Deze werkwijze kost veel geld. En een niet in geld uit te drukken hoeveelheid leed van duizenden kinderen.
‘Act small but fast’
Ooit heb ik geleerd dat grote maatschappelijke veranderingen tot stand komen onder het motto ‘Think big, act small but fast’. Gezien de gerenommeerde, en ook door mij gerespecteerde namen, in de commissies en taskforces, gaat het ‘big’ denken zeker lukken.
Mijn zorg zit in ‘small but fast’ handelen. ‘Small’ betekent is dit geval ook letterlijk klein. Daarom vraag ik u beste commissieleden en plannen-makers: let op de kleintjes! Zorg dat mishandelde kinderen nu eens de eersten zijn die iets merken van de verbeterplannen, en niet de laatsten.
Vertrouwensband opbouwen
Uit Veiligheidsbarometers en gesprekken met kinderen in jeugd- en pleegzorginstellingen blijkt dat ze meer en betere groepsleiding willen. Vooral ook ’s nachts… Laten we daarom ‘small’ handelen en normen opstellen voor het minimale aantal groepsleiders per groep kinderen. Daar merken de kinderen direct iets van. En regelen dat pleegzorgwerkers en gezinsvoogden nu eindelijk genoeg uren krijgen zodat ze wel een vertrouwensband met de kinderen kunnen opbouwen.
En dat we het voor elkaar krijgen dat de pleegouders en groepsleiders dan ook durven en kunnen praten over seksueel gedrag en in staat zijn signalen van misbruik op te pikken. Daar hebben professionals een permanente educatie op de werkplek voor nodig.
Beroepsopleidingen
Maar het moet natuurlijk al bij de beroepsopleidingen beginnen. Daar moeten pleegouders en groepsleiders leren om te praten over seksueel gedrag en hoe misbruik te signaleren. Een thema dat overigens al 17 jaar op de politieke agenda staat. Helaas blijken de beroepsopleidingen ook zo’n sector te zijn waar niemand iets over te zeggen heeft. En mag er dus tientallen jaren gestimuleerd worden zonder resultaat.
De commissie laat ook zien dat de helft van de plegers een minderjarige groepsgenoot is. Daar kijk ik niet van op. Een kind, vaak grenzeloos opgevoed in gezinnen waar geweld en misbruik de manieren zijn om met problemen om te gaan, grijpt al snel naar dezelfde oplossingsstrategie als thuis. Vooral als het in moeilijke situaties terecht komt in een instelling.
Diagnostiek en hulpverlening
Iedereen die een beetje bekend is met deze problematiek weet dat er goede diagnostiek en hulpverlening nodig is om dit soort patronen te doorbreken. 20 jaar geleden constateerde de politiek al dat ‘dit nog steeds niet in iedere regio op een samenhangende manier geregeld is’.
Anno 2012 besteedt het ministerie van VWS geld aan de onderzoeksvraag of een multidisciplinaire aanpak uitbreiding verdient. Dat terwijl het antwoord 20 jaar geleden al gegeven is en de bestaande werkpraktijk dringend om geld verlegen zit.
De Taskforce onder leiding van Van der Laan zal ruim een jaar na dato haar eerste projectplan presenteren en zal enkele tonnen per jaar besteden aan alleen al de coördinerende en communicerende tijdelijke medewerkers. Dit is in mijn ogen nog niet ‘small’, iets waar de kinderen direct van profiteren, en ook zeker niet ‘fast’ handelen.
Beste taskforce-, commissie- en projectbureaumedewerkers; laat nu eens zien dat wij in Nederland ook de Amerikaanse slogan ‘Think big, act small but fast’ waar kunnen maken. En begin bij ‘de kleintjes’. Zorg dat de kinderen in jeugd- en pleegzorginstellingen en de vroegere slachtoffers snel het verschil merken. Onze verwachtingen zijn hoog gespannen!
- Bijlagen
- Let_op_de_kleintjes_8_okt_2012.pdf
- Download Let op de kleintjes!
- Je hebt geen toestemming om bijlagen te downloaden.
- (183 KB) Gedownload 0 keer