Het verschil tussen ‘gewone’ en traumatische dissociatie
Op de automatische piloot
Tot op zekere hoogte is iedereen bekend met dissociatie. Je kent vast wel de ervaring dat je naar huis rijdt in je auto en ineens ben je al bijna thuis. Eigenlijk heb je niet op de weg zitten letten en ben je op routine, op de automatische piloot naar huis gereden. Alsof je een stukje hebt overgeslagen. Dat is dissociatie. We doen het ook als we dagdromen of als we in gesprek zijn en ineens aan de bloemkool denken. Of je gaat op vakantie en halverwege Frankrijk vraag je je af: ‘Heb ik het gas wel uitgezet?’ Dan was je gedissocieerd toen je het gas uitdraaide. Voor de meeste mensen levert dit geen noemenswaardige problemen op. Het wordt anders als je seksueel misbruikt bent.
Het ontstaan van traumatische dissociatie
Wat bij seksueel misbruik vaak gebeurt is dat het kind, in een poging om zichzelf leed te besparen, zorgt dat hij of zij er niet helemaal bij is als het gebeurt. Sommigen omschrijven dit als zich heel klein maken en zich helemaal in zichzelf terugtrekken tot daar waar de misbruiker er niet bij kan. Anderen voelen het meer alsof ze uit hun lichaam stappen en van een afstandje kijken naar wat er gebeurt. Al mijn herinneringen aan het seksueel misbruik zie ik voor me als een film: alsof ik er van een afstandje naar kijk. Doordat je er niet helemaal bij bent, ervaar je de bedreigende situatie minder scherp.
Tot op zekere hoogte is iedereen bekend met dissociatie. Je kent vast wel de ervaring dat je naar huis rijdt in je auto en ineens ben je al bijna thuis. Eigenlijk heb je niet op de weg zitten letten en ben je op routine, op de automatische piloot naar huis gereden. Alsof je een stukje hebt overgeslagen. Dat is dissociatie. We doen het ook als we dagdromen of als we in gesprek zijn en ineens aan de bloemkool denken. Of je gaat op vakantie en halverwege Frankrijk vraag je je af: ‘Heb ik het gas wel uitgezet?’ Dan was je gedissocieerd toen je het gas uitdraaide. Voor de meeste mensen levert dit geen noemenswaardige problemen op. Het wordt anders als je seksueel misbruikt bent.
Het ontstaan van traumatische dissociatie
Wat bij seksueel misbruik vaak gebeurt is dat het kind, in een poging om zichzelf leed te besparen, zorgt dat hij of zij er niet helemaal bij is als het gebeurt. Sommigen omschrijven dit als zich heel klein maken en zich helemaal in zichzelf terugtrekken tot daar waar de misbruiker er niet bij kan. Anderen voelen het meer alsof ze uit hun lichaam stappen en van een afstandje kijken naar wat er gebeurt. Al mijn herinneringen aan het seksueel misbruik zie ik voor me als een film: alsof ik er van een afstandje naar kijk. Doordat je er niet helemaal bij bent, ervaar je de bedreigende situatie minder scherp.
Dissociatie is goed!
Mensen denken vaak dat dissociatie een ziekte is, of een probleem, maar in feite is dissociatie een heel handig fenomeen. Je kunt als je iets ergs meemaakt soms beter handelen als je er met wat meer afstand naar kijkt. Voor een kind is de dissociatie niet echt een bewuste keuze, maar een overlevingsmechanisme dat door de bedreigende en pijnlijke omstandigheden wordt geactiveerd. Maar net dat automatische ervan, leidt soms tot grote problemen in de volwassenheid.
Triggers en dissociatie
Wat gebeurt er als een volwassene een dissociatieve stoornis heeft? In feite gebeurt er niets anders dan wanneer je ‘gewoon’ dissocieert en op de automatische piloot naar huis rijdt. Het grote verschil is dat de oorzaak van de dissociatie ingewikkelder ligt. Het kind heeft allerlei omstandigheden meegemaakt die gevaarlijk waren, waarin het misbruik plaatsvond. Een kind begrijpt vaak niet goed wat er aan de hand is en in een poging om overeind te blijven in dat soort bedreigende toestanden wordt het kind heel bedreven in het zoeken naar signalen die aan het misbruik vooraf gaan. Die signalen voorziet het kind van het label ‘Gevaarlijk’ en uit voorzorg treed het dissociatieve mechanisme in werking. Vanaf dat moment is wat het kind als een signaal ziet een trigger.
Wanneer triggers afgaan bij volwassenen
De dingen die het kind als gevaarlijk is gaan beleven worden meegenomen de volwassenheid in. Die dingen worden dan triggers voor de dissociatie. Een trigger hoeft objectief gezien helemaal niets met het misbruik van doen te hebben gehad. Als het misbruik bijvoorbeeld twee keer achter elkaar gebeurd is toen het kind spruitjes had gegeten dan kan het kind die link leggen. Eenmaal gelinkt roept de geur van spruitjes dan spanning op en volgens de logica van het kind betekent dat: Uitstappen! Dissociëren. Die reactie is automatisch en zet zich dan ook door in de volwassenheid. Vaak weet de volwassene overigens helemaal niet meer, waarom hij of zij zo gespannen wordt van de geur van spruitjes.
Problemen door dissociatie
Als je seksueel misbruik hebt meegemaakt, is het dus mogelijk dat je heel veel triggers hebt. Als je daarnaast nog eens heel goed bent in dissocieren (omdat je het op zo’n jonge leeftijd hebt geleerd), dan kun je wel eens in grote problemen komen. Immers, als je dissocieert ben je er niet helemaal bij. Als je er heel goed in bent, dan ben je het (bijna) helemaal niet meer bij. Je dissocieert op een trigger die je als kind hebt geinstalleerd en die mogelijk wel, maar soms ook niet direct terug te leiden is op het seksueel misbruik. Vervolgens wordt je drie uur (of soms dagen) later wakker en hebt geen enkele herinnering van wat er in de tussentijd gebeurd is. Intussen heb je wel van alles gedaan, zelfs al weet je er het fijne niet van.
Mensen denken vaak dat dissociatie een ziekte is, of een probleem, maar in feite is dissociatie een heel handig fenomeen. Je kunt als je iets ergs meemaakt soms beter handelen als je er met wat meer afstand naar kijkt. Voor een kind is de dissociatie niet echt een bewuste keuze, maar een overlevingsmechanisme dat door de bedreigende en pijnlijke omstandigheden wordt geactiveerd. Maar net dat automatische ervan, leidt soms tot grote problemen in de volwassenheid.
Triggers en dissociatie
Wat gebeurt er als een volwassene een dissociatieve stoornis heeft? In feite gebeurt er niets anders dan wanneer je ‘gewoon’ dissocieert en op de automatische piloot naar huis rijdt. Het grote verschil is dat de oorzaak van de dissociatie ingewikkelder ligt. Het kind heeft allerlei omstandigheden meegemaakt die gevaarlijk waren, waarin het misbruik plaatsvond. Een kind begrijpt vaak niet goed wat er aan de hand is en in een poging om overeind te blijven in dat soort bedreigende toestanden wordt het kind heel bedreven in het zoeken naar signalen die aan het misbruik vooraf gaan. Die signalen voorziet het kind van het label ‘Gevaarlijk’ en uit voorzorg treed het dissociatieve mechanisme in werking. Vanaf dat moment is wat het kind als een signaal ziet een trigger.
Wanneer triggers afgaan bij volwassenen
De dingen die het kind als gevaarlijk is gaan beleven worden meegenomen de volwassenheid in. Die dingen worden dan triggers voor de dissociatie. Een trigger hoeft objectief gezien helemaal niets met het misbruik van doen te hebben gehad. Als het misbruik bijvoorbeeld twee keer achter elkaar gebeurd is toen het kind spruitjes had gegeten dan kan het kind die link leggen. Eenmaal gelinkt roept de geur van spruitjes dan spanning op en volgens de logica van het kind betekent dat: Uitstappen! Dissociëren. Die reactie is automatisch en zet zich dan ook door in de volwassenheid. Vaak weet de volwassene overigens helemaal niet meer, waarom hij of zij zo gespannen wordt van de geur van spruitjes.
Problemen door dissociatie
Als je seksueel misbruik hebt meegemaakt, is het dus mogelijk dat je heel veel triggers hebt. Als je daarnaast nog eens heel goed bent in dissocieren (omdat je het op zo’n jonge leeftijd hebt geleerd), dan kun je wel eens in grote problemen komen. Immers, als je dissocieert ben je er niet helemaal bij. Als je er heel goed in bent, dan ben je het (bijna) helemaal niet meer bij. Je dissocieert op een trigger die je als kind hebt geinstalleerd en die mogelijk wel, maar soms ook niet direct terug te leiden is op het seksueel misbruik. Vervolgens wordt je drie uur (of soms dagen) later wakker en hebt geen enkele herinnering van wat er in de tussentijd gebeurd is. Intussen heb je wel van alles gedaan, zelfs al weet je er het fijne niet van.
Maar het kan nog erger: DIS
Omdat je persoonlijkheid als kind nog niet helemaal ontwikkeld is, kan het zijn dat de restjes bewustzijn, die als het ware achterblijven in het lichaam, een eigen bewustzijn/karakter ontwikkelen. Als dat gebeurt noemen ze dat een dissociatieve identiteits stoornis of DIS. Wanneer het misbruik op hele jonge leeftijd (<5) begint is het ontwikkelen van een DIS waarschijnlijker dan wanneer je al wat ouder bent. Een klein kind heeft nog niet zo’n stevige ‘ik’ en ontwikkelt in zo’n geval ikken. En als je misbruikt wordt dan reageren al die ikken op een andere manier. Sommige ikken dragen de pijn, anderen dragen de woede, weer anderen zijn sterke beschermers, sommigen willen dood, anderen willen de misbruiker vermoorden. Alle menselijke emoties en verlangens krijgen een soort eigen ik. Je kunt je voorstellen dat het leven met een DIS soms heel ingewikkeld kan zijn.
De risico’s van dissociatie en DIS
De risico’s van dissociatie zijn relatief eenvoudig: doordat je er niet helemaal bij bent loop je het risico dat er dingen misgaan. Je let niet op in gesprekken met anderen en krijgt bevreemdde blikken. Meestal kan een ander je dan bij de les halen en vraag je gewoon: ‘Wat heb ik gemist?’ Maar een volledig ontwikkelde DIS is ingewikkelder. De personen die samen in één lichaam wonen zijn vaak erg divers en een aantal daarvan zijn ook nog eens zelf-destructief of agressief. Als je erg veel getriggerd wordt ben je dan een gevaar voor jezelf of je omgeving.
Helen van DIS
Er zijn bij mijn weten twee manieren om een DIS aan te pakken. De ene is om alle persoonlijkheden te integreren, zodat er één persoonlijkheid wordt gesmeed. Dat is een heel proces maar zeker de moeite waard gezien de risico’s die kleven aan een onbehandelde DIS. De andere manier is om in gesprek te komen met alle individuele persoonlijkheden en tot werkafspraken te komen met hen allemaal. Een voorbeeld van zo’n afspraak is dan dat je het lichaam niet in gevaar mag brengen. Of dat je zo snel mogelijk naar huis gaat. Beide manieren helpen om een min of meer normaal leven te leiden. Van mensen de ‘geïntegreerd’ zijn begrijp ik dat ze soms de veelheid van persoonlijkheden missen, maar ook dat ze alle talenten van de diverse persoonlijkheden kunnen inzetten, waardoor het doorgaans heel veelzijdige mensen zijn. Van mensen die gekozen hebben voor werkafspraken begrijp ik dat ze regelmatig die werkafspraken moeten herzien, maar dat ze daar wel een weg in hebben gevonden.
Heb jij een Dissociatieve Identiteits Stoornis?
Vraag je je na dit verhaal af of je DIS hebt, hier is een korte checklist van symptomen. Een van de belangrijkste kenmerken is het kwijt raken van tijd. Als dat je regelmatig overkomt en je hebt nog andere symptomen van de lijst, dan zou ik zeker eens officieel laten onderzoeken of je DIS hebt. Er zijn goede manieren om te leren omgaan met DIS, niet alleen in het reguliere medische circuit, maar zeker ook in de alternatieve sector. Mocht je DIS hebben, onderzoek dan vooral de mogelijkheden van alle verschillende therapieën om die methode te vinden die bij jou past.
Geheugenverlies: je bent stukken verleden kwijt en kan je soms dingen die net gebeurd zijn niet herinneren
Depersonalisatie: het gevoel dat je vanaf een afstand naar jezelf kijkt (of diep in jezelf weggedoken zit
Het gevoel hebben dat dingen niet ‘echt’ gebeuren
Je omgeving niet meer herkennen
Soms hoor je de stemmen van je andere persoonlijkheden
Identiteitswisselingen: waardoor je alleen de dingen herinnert die dat deel van je persoon heeft meegemaakt
Soms kun je ook merken dat er iets mis is aan de reacties van anderen. Als je tijd kwijt bent geraakt en mensen die je niet denkt te kennen groeten je ineens alsof ze je goed kennen bijvoorbeeld.
Voordelen van DIS?
Een ongeheelde DIS is knap lastig, maar toch heeft het ook voordelen. Van mensen die DIS (gehad) hebben hoor ik onder andere de volgende voordelen:
Je bent heel veelzijdig
Je bent nooit alleen (sommige mensen die geheel zijn van DIS geven aan hun alters te missen)
Je kunt goed acteren/typetjes neerzetten (denk bijvoorbeeld aan Karin Bloemen)
Je kunt bij ‘gewone’ moeilijke situaties even ‘uitstappen’ (denk tandarts)
Soms kennen je alters andere talen, bij integratie ken jij die dan ook
Sommige mensen met DIS zijn super energiek (omdat delen van hen kunnen uitrusten terwijl de andere delen actief zijn)
Je hebt een onvoorspelbaar en avontuurlijk leven.
Waarschijnlijk wegen de voordelen niet op tegen bovengenoemde nadelen. Toch is het ook belangrijk om ze te noemen, want als je gaat helen zul je vaak de voordelen op moeten geven. Gelukkig krijg je er veel voor in de plaats.
Omdat je persoonlijkheid als kind nog niet helemaal ontwikkeld is, kan het zijn dat de restjes bewustzijn, die als het ware achterblijven in het lichaam, een eigen bewustzijn/karakter ontwikkelen. Als dat gebeurt noemen ze dat een dissociatieve identiteits stoornis of DIS. Wanneer het misbruik op hele jonge leeftijd (<5) begint is het ontwikkelen van een DIS waarschijnlijker dan wanneer je al wat ouder bent. Een klein kind heeft nog niet zo’n stevige ‘ik’ en ontwikkelt in zo’n geval ikken. En als je misbruikt wordt dan reageren al die ikken op een andere manier. Sommige ikken dragen de pijn, anderen dragen de woede, weer anderen zijn sterke beschermers, sommigen willen dood, anderen willen de misbruiker vermoorden. Alle menselijke emoties en verlangens krijgen een soort eigen ik. Je kunt je voorstellen dat het leven met een DIS soms heel ingewikkeld kan zijn.
De risico’s van dissociatie en DIS
De risico’s van dissociatie zijn relatief eenvoudig: doordat je er niet helemaal bij bent loop je het risico dat er dingen misgaan. Je let niet op in gesprekken met anderen en krijgt bevreemdde blikken. Meestal kan een ander je dan bij de les halen en vraag je gewoon: ‘Wat heb ik gemist?’ Maar een volledig ontwikkelde DIS is ingewikkelder. De personen die samen in één lichaam wonen zijn vaak erg divers en een aantal daarvan zijn ook nog eens zelf-destructief of agressief. Als je erg veel getriggerd wordt ben je dan een gevaar voor jezelf of je omgeving.
Helen van DIS
Er zijn bij mijn weten twee manieren om een DIS aan te pakken. De ene is om alle persoonlijkheden te integreren, zodat er één persoonlijkheid wordt gesmeed. Dat is een heel proces maar zeker de moeite waard gezien de risico’s die kleven aan een onbehandelde DIS. De andere manier is om in gesprek te komen met alle individuele persoonlijkheden en tot werkafspraken te komen met hen allemaal. Een voorbeeld van zo’n afspraak is dan dat je het lichaam niet in gevaar mag brengen. Of dat je zo snel mogelijk naar huis gaat. Beide manieren helpen om een min of meer normaal leven te leiden. Van mensen de ‘geïntegreerd’ zijn begrijp ik dat ze soms de veelheid van persoonlijkheden missen, maar ook dat ze alle talenten van de diverse persoonlijkheden kunnen inzetten, waardoor het doorgaans heel veelzijdige mensen zijn. Van mensen die gekozen hebben voor werkafspraken begrijp ik dat ze regelmatig die werkafspraken moeten herzien, maar dat ze daar wel een weg in hebben gevonden.
Heb jij een Dissociatieve Identiteits Stoornis?
Vraag je je na dit verhaal af of je DIS hebt, hier is een korte checklist van symptomen. Een van de belangrijkste kenmerken is het kwijt raken van tijd. Als dat je regelmatig overkomt en je hebt nog andere symptomen van de lijst, dan zou ik zeker eens officieel laten onderzoeken of je DIS hebt. Er zijn goede manieren om te leren omgaan met DIS, niet alleen in het reguliere medische circuit, maar zeker ook in de alternatieve sector. Mocht je DIS hebben, onderzoek dan vooral de mogelijkheden van alle verschillende therapieën om die methode te vinden die bij jou past.
Geheugenverlies: je bent stukken verleden kwijt en kan je soms dingen die net gebeurd zijn niet herinneren
Depersonalisatie: het gevoel dat je vanaf een afstand naar jezelf kijkt (of diep in jezelf weggedoken zit
Het gevoel hebben dat dingen niet ‘echt’ gebeuren
Je omgeving niet meer herkennen
Soms hoor je de stemmen van je andere persoonlijkheden
Identiteitswisselingen: waardoor je alleen de dingen herinnert die dat deel van je persoon heeft meegemaakt
Soms kun je ook merken dat er iets mis is aan de reacties van anderen. Als je tijd kwijt bent geraakt en mensen die je niet denkt te kennen groeten je ineens alsof ze je goed kennen bijvoorbeeld.
Voordelen van DIS?
Een ongeheelde DIS is knap lastig, maar toch heeft het ook voordelen. Van mensen die DIS (gehad) hebben hoor ik onder andere de volgende voordelen:
Je bent heel veelzijdig
Je bent nooit alleen (sommige mensen die geheel zijn van DIS geven aan hun alters te missen)
Je kunt goed acteren/typetjes neerzetten (denk bijvoorbeeld aan Karin Bloemen)
Je kunt bij ‘gewone’ moeilijke situaties even ‘uitstappen’ (denk tandarts)
Soms kennen je alters andere talen, bij integratie ken jij die dan ook
Sommige mensen met DIS zijn super energiek (omdat delen van hen kunnen uitrusten terwijl de andere delen actief zijn)
Je hebt een onvoorspelbaar en avontuurlijk leven.
Waarschijnlijk wegen de voordelen niet op tegen bovengenoemde nadelen. Toch is het ook belangrijk om ze te noemen, want als je gaat helen zul je vaak de voordelen op moeten geven. Gelukkig krijg je er veel voor in de plaats.
BRON: www.inspirerendleven.nl