Als kind heeft u misschien een tijd doorgebracht in een pleeggezin. Misschien ook wel heeft u in een jeugdinstelling gezeten. Aan die periode uit uw leven heeft u mogelijk nare herinneringen overgehouden. Anders dan dat het geen leuke tijd was; er was toen iemand die u heeft geslagen, getreiterd of vernederd. U wilt er liever niet meer aan herinnerd worden. Het is best mogelijk dat u er nog steeds last van heeft, dat het moeilijk uit uw gedachten is te wissen.
Eind 2014 vond de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie dat er iets gedaan moest worden voor de groep mensen die vroeger in hun jeugdjaren het slachtoffer zijn geworden van enigerlei vorm van lichamelijk geweld of van pesterijen, die diep doorwerkten in de psyche van het toenmalige kind.
In de zomer van 2015 heeft het kabinet een commissie van onafhankelijke professoren benoemd, die verstand hebben van opvoeding en van alles wat daarmee samenhangt. Deze hoogleraren kregen de opdracht om eerst eens uit te zoeken of er nog wel voldoende gegevens zijn te vinden waaruit zou kunnen blijken wat zich vroeger heeft afgespeeld in jeugdinstellingen en pleeggezinnen.
Het is natuurlijk nog maar de vraag of er nog archieven zijn van die instellingen. En of er nog genoeg mensen in leven zijn die in de jeugdzorg hebben gewerkt. Zij waren immers minstens vijftien tot twintig jaar ouder dan de kinderen die aan hen waren toevertrouwd. De onderzoeksperiode begint al in 1945. Het is dus heel goed mogelijk dat er over de jaren voor 1975 niet zo heel veel meer is te achterhalen.
Het is dus om deze reden dat het kabinet heeft gezegd ‘Zoek eerst eens uit of er wel wat te onderzoeken valt’ op een zodanige wijze dat het wetenschappelijk verantwoord is. Want de uitkomsten van zo’n onderzoek moeten natuurlijk wel kloppen en niet gekleurd worden door allerlei belangen.
De commissie kan zich goed voorstellen dat u – indien u zelf slachtoffer bent – graag uw verhaal wilt vertellen. Hoewel wij nog geen meldpunt hebben, kunt u wel alvast uw verhaal vertellen in een e-mail: info@commissiegeweldjeugdzorg.nl of in een brief die u kunt sturen naar: Commissie-Vooronderzoek naar geweld in de jeugdzorg, Postbus 556, 2501 CN te Den Haag.
Als het kabinet in de lente van 2016 besluit, op grond van de bevindingen van de commissie, om tot een volgende fase van het onderzoek over te gaan, dan zullen er zeker gesprekken met slachtoffers komen. Zou u het op prijs stellen om daaraan mee te werken, vragen wij u om uw adresgegevens en telefoonnummer mee te sturen met een eventuele e-mail of brief.
Mocht u daarnaast behoefte hebben aan ondersteuning op emotioneel, praktisch en/of juridisch gebied, dan kunt u contact opnemen via telefoonnummer 0900 9999 001. De hulplijn is ondergebracht bij Slachtofferhulp Nederland en is opengesteld voor slachtoffers en/of betrokkenen van fysiek en/of psychisch geweld en/of seksueel misbruik. De medewerker die u aan de telefoon krijgt kan samen met u kijken welke hulp het best bij u past en u vervolgens in contact brengen met de daarvoor geëigende instantie.
BRON: Commissie Geweld Jeugdzorg.nl
Eind 2014 vond de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie dat er iets gedaan moest worden voor de groep mensen die vroeger in hun jeugdjaren het slachtoffer zijn geworden van enigerlei vorm van lichamelijk geweld of van pesterijen, die diep doorwerkten in de psyche van het toenmalige kind.
In de zomer van 2015 heeft het kabinet een commissie van onafhankelijke professoren benoemd, die verstand hebben van opvoeding en van alles wat daarmee samenhangt. Deze hoogleraren kregen de opdracht om eerst eens uit te zoeken of er nog wel voldoende gegevens zijn te vinden waaruit zou kunnen blijken wat zich vroeger heeft afgespeeld in jeugdinstellingen en pleeggezinnen.
Het is natuurlijk nog maar de vraag of er nog archieven zijn van die instellingen. En of er nog genoeg mensen in leven zijn die in de jeugdzorg hebben gewerkt. Zij waren immers minstens vijftien tot twintig jaar ouder dan de kinderen die aan hen waren toevertrouwd. De onderzoeksperiode begint al in 1945. Het is dus heel goed mogelijk dat er over de jaren voor 1975 niet zo heel veel meer is te achterhalen.
Het is dus om deze reden dat het kabinet heeft gezegd ‘Zoek eerst eens uit of er wel wat te onderzoeken valt’ op een zodanige wijze dat het wetenschappelijk verantwoord is. Want de uitkomsten van zo’n onderzoek moeten natuurlijk wel kloppen en niet gekleurd worden door allerlei belangen.
De commissie kan zich goed voorstellen dat u – indien u zelf slachtoffer bent – graag uw verhaal wilt vertellen. Hoewel wij nog geen meldpunt hebben, kunt u wel alvast uw verhaal vertellen in een e-mail: info@commissiegeweldjeugdzorg.nl of in een brief die u kunt sturen naar: Commissie-Vooronderzoek naar geweld in de jeugdzorg, Postbus 556, 2501 CN te Den Haag.
Als het kabinet in de lente van 2016 besluit, op grond van de bevindingen van de commissie, om tot een volgende fase van het onderzoek over te gaan, dan zullen er zeker gesprekken met slachtoffers komen. Zou u het op prijs stellen om daaraan mee te werken, vragen wij u om uw adresgegevens en telefoonnummer mee te sturen met een eventuele e-mail of brief.
Mocht u daarnaast behoefte hebben aan ondersteuning op emotioneel, praktisch en/of juridisch gebied, dan kunt u contact opnemen via telefoonnummer 0900 9999 001. De hulplijn is ondergebracht bij Slachtofferhulp Nederland en is opengesteld voor slachtoffers en/of betrokkenen van fysiek en/of psychisch geweld en/of seksueel misbruik. De medewerker die u aan de telefoon krijgt kan samen met u kijken welke hulp het best bij u past en u vervolgens in contact brengen met de daarvoor geëigende instantie.
BRON: Commissie Geweld Jeugdzorg.nl